Inleiding
Apeldoorn groeit, verandert en veroudert. Om hierop in te spelen moet de gemeente investeren. Investeringen in gemeentelijke eigendommen leiden tot jaarlijkse kapitaallasten gekoppeld aan de verwachte gebruiksduur van het bezit. Deze termijnen zijn vastgelegd in de Financiële Verordening 2024 en variëren tussen de 3 en 60 jaar. Gezien de lange periode en omvang van de investeringsopgaven is het van belang om hier specifiek op in te zoomen. Dit biedt inzicht om eerder te gaan sturen en keuzes te maken in de verdeling van de investeringsruimte.
Voor nieuwe uitbreidingsinvesteringen ramen we investeringsruimte, die op basis van uitgewerkte projectvoorstellen leiden tot een investeringskredietaanvraag waarvan de kapitaallasten gedekt worden uit deze gereserveerde investeringsruimte. Voor het in standhouden van onze activa ramen we vervangingsinvesteringen, die met het vaststellen van de MPB worden geautoriseerd.
Investeringen
De onderstaande grafiek geeft inzicht in de jaarlijkse investeringen in de komende vier jaar. Dit bestaat enerzijds uit de gereserveerde investeringsruimte, om onze ambities waar te gaan maken, die vervolgens beschikbaar wordt gesteld op basis van raadsvoorstellen. En aan de andere kant uit de reeds vastgestelde investeringskredieten voor uitbreidings- en vervangingsinvesteringen. Ten opzichte van vorig jaar zijn de cijfers geactualiseerd. Dit wil zeggen: de toegekende uitbreidings- en vervangingsinvesteringen zijn opnieuw gefaseerd en er is een jaarschijf toegevoegd voor de vervangingsinvesteringen. Inhoudelijke toevoegingen zijn expliciet opgenomen in deze MPB. De benodigde investeringsruimte is ook geactualiseerd.
Jaarlijks investeringsvolume
bedragen x € 1.000
Onder de vervangingsinvesteringen zijn onder andere de vervangingskredieten, zoals wegen, riolering, vervoersmiddelen en automatisering opgenomen. In het strategisch assetmanagementplan (SAMP) en de MPB 2023–2026 is opgenomen dat door de vervangingsgolf in naoorlogse wijken extra investeringen nodig zijn in de openbare ruimte: € 5 mln in 2026, oplopend naar € 6 mln per jaar vanaf 2027. Dit valt onder de toegekende vervangingsinvesteringen in bovenstaande tabel. Er is achterstand in de uitvoering van onderhoud en vervanging. Oorzaken zijn divers, onder andere tekort aan personeel (ook bij aannemers), de opgave is groot aan zowel de beheer- als ontwikkelkant en dat vraagt om andere sturing. We verwachten in 2026/2027 de achterstand deels in te lopen doordat de uitvoeringskracht beter op orde komt. De kwaliteit van de openbare ruimte ligt onder de norm van 80%. Versterking van de uitvoeringskracht helpt, maar is mogelijk niet voldoende om de kwaliteitsnorm te halen (met de recente bezuinigingen zijn investeringskredieten ingeleverd). In het nieuwe SAMP wordt gekeken naar de investeringsbehoefte vanaf 2027.
Voor automatisering zijn vervangingsinvesteringen omgezet naar exploitatiemiddelen. We zien dat steeds meer software wordt vervangen door een SAAS-oplossing. Dit wil zeggen dat we niet meer het pakket aanschaffen, maar alleen de licenties, om in te kunnen loggen in de software. We verwachten dat deze ontwikkeling zich de komende jaren gaat voortzetten.
Onder de toegekende uitbreidingsinvesteringen zijn de uitbreidingskredieten opgenomen die door de raad zijn vastgesteld. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de projecten ten behoeve van de verduurzaming van het gemeentelijk vastgoed en de groenprojecten in de binnenstad. Deze uitbreidingsinvesteringen zijn voor de komende 4 jaar circa € 196 miljoen. Dit is bijna € 100 miljoen meer dan vorige MPB. De twee grootste wijzigingen zijn de investeringsbudgetten die beschikbaar zijn gesteld voor het nieuw te bouwen Zwembad en het Veiligheidscentrum. In de bovenstaande grafiek is af te lezen dat de toegekende uitbreidingsinvesteringen de eerst komende 3 jaar oplopen en het vierde jaar beduidend lager zijn. Gedurende de komende jaren zullen nieuwe uitbreidingsinvesteringen aan de raad worden voorgelegd. Deze worden veelal gedekt uit de gereserveerde investeringsruimte. Hierdoor zal naar verwachting de trend in werkelijkheid de eerste jaren blijven oplopen om vervolgens te stabiliseren.
De investeringsruimte is gereserveerde investeringsruimte om de stedelijke ontwikkeling van Apeldoorn te borgen. Dit bestaat onder andere uit het programma Stadmaken op de Veluwe, stedelijke mobiliteit, vergroening, sport, vastgoed en veiligheid. Als gevolg van her-fasering van met name gereserveerde investeringsruimte voor stedelijke ontwikkeling en mobiliteit (2 spoortunnels) verschuift deze ruimte in de tijd en daarmee ook de kapitaallasten.
Bij projecten die al wat verder in de voorbereiding zijn, zien we externe factoren die vertragend werken. Bijvoorbeeld het Veiligheidscentrum. Naar aanleiding van de stikstofuitspraak van de Raad van State in december 2024 over intern salderen, is nu een natuurvergunning vereist, waar dit eerder niet zo was. Daarnaast zien we bij de bouwprojecten steeds vaker bewaarprocedure tot en met de Raad van State, die door omwonende worden aangespannen. Recente voorbeelden zijn Molenstraat-centrum en de Oranjerie. Dit heeft ook gevolgen voor de gemeentelijke projecten. Projecten die na de bouw waren gepland worden vaak doorgeschoven in de tijd.
In deze MPB wordt voorgesteld om ongeveer € 76 miljoen investeringsruimte toe te voegen, dit betreft Integraal Huisvestingsplan Onderwijshuisvesting (63 miljoen), verkeersmaatregelen Zuidbroek-Zevenhuizen (€ 3 miljoen), verbetering ontsluiting bedrijventerrein Apeldoorn Noord (€ 2 miljoen), ontwikkeling overloopparkeerterrein Landgoedlaan (€ 1 miljoen) en verbetering werkomgeving stadhuis (€ 7 miljoen).
De investeringsruimte is een globale inschatting van toekomstige netto-investeringsbedragen. Dit houdt in dat rekening is gehouden met bijdragen door derden zoals het Rijk, provincie en projectontwikkelaars.
Aan de vervangingsinvesteringen en uitbreidingsinvesteringen (reeds vastgestelde investeringsprojecten) zal zonder tussenkomst van de raad uitvoering geven. Wanneer de nieuwe investeringen vanuit de investeringsruimte omgezet gaan worden in projecten, zullen deze projecten ter vaststelling aan de raad worden voorgelegd.
Kapitaallasten
Uit de investeringen vloeien kapitaallasten voort of anders gezegd: het structurele effect in de begroting als gevolg van de investeringen. Met een groei van het investeringsvolume gaan ook de kapitaallasten groeien, dit is opgenomen in de onderstaande grafiek.
Kapitaallasten
bedragen x € 1.000
Als eerste de kapitaallasten van bestaande activa. Dit zijn de structurele lasten van de eigendommen die de gemeente in gebruik heeft. Deze lasten lopen de komende jaren terug van circa € 30,8 miljoen naar circa € 27,7 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt door bestaande activa die aan het einde van de (economische) levensduur zijn. Deze zijn dan volledig afgeschreven en veroorzaken daarmee geen kapitaallasten meer. Deze vrijval van kapitaallasten is beschikbaar als dekking voor vervanging en/of instandhouding van deze activa.
Vervolgens lopen de structurele lasten van de kredieten (vervangings- en uitbreidingsinvesteringen) de komende jaren op van circa € 3,6 miljoen naar circa € 15 miljoen. Dit wordt met name veroorzaakt doordat aan de ene kant de vervangingsinvesteringen waaraan gewerkt wordt gebruik worden genomen en daardoor kapitaallasten gaan veroorzaken. Denk hierbij bijvoorbeeld aan de wegen die worden vervangen. Aan de andere kant worden er uitbreidingsinvesteringen in gebruik genomen die vervolgens worden afgeschreven. Denk hierbij bijvoorbeeld aan het zwembad.
Tenslotte de structurele gevolgen van de investeringsruimte in deze MPB (investeringsruimte en nieuwe investeringsruimte MPB 2026-2029). In deze MPB is hiervoor een stelpost opgenomen die in 2029 oploopt naar € 6,5 miljoen en is grotendeels gebaseerd op 50% van de kapitaallasten van de totale investeringsruimte. Dit heeft een aantal redenen. Als eerste leert de ervaring van de afgelopen jaren dat er regelmatig een onderbesteding van de kredieten is. Daarnaast wordt de voortgang ook bepaald door juridische complexiteit, planologische belemmeringen (o.a. stikstof) en beschikbare personele capaciteit. Er wordt gezocht naar de optimale balans waarbij de werkzaamheden met elkaar gecombineerd worden. Daarnaast worden de werkzaamheden geprioriteerd. Op deze wijze kan de beperkte capaciteit doelgericht worden ingezet. Hierdoor zal de sturing op en voorspelbaarheid van investeringen verbeteren.
In de paragraaf weerstandsvermogen is het kengetal kapitaallastenratio opgenomen. De kapitaallastenratio zegt iets over de mate van flexibiliteit van de begroting. De kapitaallasten van investeringen drukken langjarig als last op de begroting, waardoor de flexibiliteit van de begroting afneemt. Er geldt geen wettelijke of andere norm voor deze ratio. Er is op dit moment geen zinvolle signaleringswaarde voor dit kengetal te bepalen op basis van literatuur of de praktijk van andere gemeenten. De informatiewaarde zit vooral in de ontwikkeling van de kapitaallastenratio over de tijd.
Risico’s
Kapitaallasten bestaan uit 2 componenten: rente en afschrijving.
Op dit moment is het rentepercentage van de kapitaallasten 1%. De afgelopen 2 jaar was het percentage 1,3%. Dit is naar beneden bijgesteld omdat de gemiddelde rente over de leningenportefeuille op begrotingsbasis is gedaald. Wanneer de marktrente (verder) gaat stijgen zal dit op termijn ook effect hebben op het rentepercentage waarmee de kapitaallasten worden berekenend. Wanneer dit percentage gaat stijgen zullen ook de kapitaallasten van alle investeringen (bestaande en nieuwe) stijgen en daarmee de structurele lasten in de begroting. Met een groter structureel beslag op de begroting zal ook de wendbaarheid van de begroting afnemen. Voor de beeldvorming: Wanneer het rentepercentage van de kapitaallasten met 1% stijgt, zullen de kapitaallasten per jaar tussen de € 6 en 8 miljoen toenemen.